Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Geliefde, gij doet [9]trouwelijk, [10]in al hetgeen gij doet aan de broederen en aan [11]de vreemdelingen, 9. Dat is, gelijk een getrouw uitdeler der goederen, die u de Heere daartoe verleend heeft, betaamt. Zie Luk.12:42; 1 Kor.4:2. 10. Dat is, dat gij hen in uw huis ontvangt, herbergt en onderhoudt. 11. Dat is, die behalve dat zij broeders en gelovigen zijn, ook om des Evangelies wil in vreemde landen zich moeten ophouden.